top of page
Dansende Vrouw

Het doula-effect (onderzoek)


Het inhuren van een doula is een investering in jezelf die jij meer dan waard bent. Uit diverse onderzoeken blijkt namelijk dat continue begeleiding door een vrouw met ervaring of training, los van verloskundige of iemand uit het netwerk van de barende zoals partner, moeder, zus, tijdens een bevalling zorgt voor:
 

  • Kortere bevalling (ontsluitingsfase duurt gemiddeld 2 uur korter)

  • Minder kunstverlossingen (tang, vacuüm)

  • Minder keizersneden

  • Minder weeën opwekkende middelen nodig

  • Minder verzoeken om pijnstilling (o.a. ruggenprik)

  • Betere APGAR scores van de pasgeborene

  • Minder postnatale depressies

  • De partner is actiever betrokken bij de geboorte

  • Hogere tevredenheid over de bevalling

  • Sneller herstel van de vrouw
     

Bron: onderzoek ‘het doula-effect’, van dr. Marshall en Phyllis Klaus en John Kennell.

Het doula-effect is ontdekt door twee kinderartsen, Dr. Marshall Klaus en Dr. John Kennell. Deze twee kinderartsen wilden een onderzoek doen naar hechting tussen de moeder en het kind in het postpartum-stadium. Zij vroegen studenten de vrouwen te observeren na hun bevalling en hun bevindingen te noteren. Het aantal aanrakingen, het aantal keer aankijken, het stemgebruik van de moeder, dat soort dingen. Tijdens het doornemen van de gevonden observaties viel één ding op. Bij één studente waren de observaties namelijk heel anders dan alle andere. De moeders die door deze studente waren geobserveerd hadden een betere hechting met hun kind. Bovendien was bij deze moeders de bevalling veel makkelijker gegaan, korter van duur, met minder complicaties en minder ingrepen. De kinderartsen waren hierdoor zo geïntrigeerd dat ze de studente bij zich riepen en haar vroegen naar een verklaring voor deze afwijkende resultaten. De studente moest toen wel bekennen dat ze zich niet aan de opdracht had gehouden. In plaats van pas na de bevalling te gaan observeren, was zij al tijdens de bevalling bij de vrouwen in de kamer gaan zitten. Ze wilde heel graag zien hoe een bevalling zou verlopen en had de vrouw alleen maar af en toe een bemoedigende blik toegeworpen, verder niet. De stille aanwezigheid van deze studente was al voldoende voor de vrouwen om meer vertrouwen te hebben in zichzelf. Het onderzoek naar hechting was hiermee niet meer bruikbaar, MAAR de kinderartsen hadden wel een enorme ontdekking gedaan: ‘het doula-effect’.

 

Cijfers

De resultaten naar het doula-effect op het verloop van de bevalling zijn, zo blijkt uit de vervolgonderzoeken van de bovengenoemde kinderartsen(1993):

  • 50% minder keizersneden

  • 25% kortere duur van de bevalling

  • 60% minder verzoeken om een ruggenprik

  • 40% minder gebruik van pitocin/oxytocine (‘inleiden’)

  • 30% minder verzoeken om pijnbestrijding

  • 40% minder tangverlossingen

 

Een recent onderzoek uitgevoerd door Hodnett, E.D. et al. (2007) bevestigd deze resultaten. Hun onderzoek onder meer dan 13.000 vrouwen wees uit dat de continue steun van bijvoorbeeld een doula de volgende effecten heeft: kortere duur van de bevalling, meer spontane vaginale bevallingen, minder gebruik van pijnbestrijding en meer tevredenheid met de bevalling. Deze effecten waren voornamelijk aanwezig wanneer de steun gegeven werd door iemand van buiten het ziekenhuis, het een vrouw betrof, de aanstaande moeder al vroeg tijdens de bevalling werd gesteund en wanneer de epiduraal niet standaard aangeboden werd. Uit nieuwe onderzoeken blijkt bovendien dat continue steun tijdens de bevalling een verhoogde oxytocine-aanmaak tot gevolg heeft. Hierdoor zijn o.a. de weeën krachtiger en effectiever. Verder bleek dat wanneer de doula een kwartiertje ging pauzeren het effect nagenoeg verdween. Dit onderstreept het belang van kwalitatief goede zorg tijdens de bevalling. Ook wordt door de steun van een vrouw de gevolgen van stress teniet gedaan door de hoge oxytocine afgifte. (bron: Geary DCKlein LCTaylor SE)

bottom of page